Ontradingstarief duwt mensen met energieschulden in vicieuze cirkel

20 April 2022

Ontradingstarief duwt mensen met energieschulden in vicieuze cirkel

Helaas komen mensen met energieschulden zo in een vicieuze cirkel terecht

Sinds 1 april 2022 zijn de nieuwe ontradingstarieven net als de nieuwe sociale tarieven gekend. Het ontradingstarief is er voor de gedropte klanten: gezinnen die bij de commerciële leverancier een (hoge) energieschuld af te betalen hebben  en voortaan dus een 'ontradend' tarief betalen. De ontrading zit er in dat de gezinnen eigenlijk terug gedwongen worden naar de geliberaliseerde energiemarkt waar er normaal gezien goedkopere contracten zijn.

Helaas komen mensen met energieschulden zo in een vicieuze cirkel terecht. Mensen met energieschulden moeten niet alleen hun bestaande schuld afbetalen, maar moeten gedurende de hele afbetalingsperiode het hogere tarief betalen... zo komen ze ook bij de netbeheerder in de schulden en worden ze via het 'ontradend tarief' gedwongen richting budgetmeter. 

Het ontradingstarief voor gedropte klanten stijgt voor dit hele kwartaal met maar liefst 38,4%. (Vergelijking tussen maart en april, dus met BTW-verlaging).
Voor aardgas stijgt ondanks de BTW-verlaging het ontradingstarief met 30,5%.

Armoedeorganisaties SAAMO, Netwerk tegen Armoede en Service de lutte contre la pauvreté deden u het voorstel om niet-beschermde gedropte klanten tijdelijk te beleveren aan sociaal tarief. Zo krijgen deze gezinnen een reële kans om hun bestaande energieschulden af te betalen.

Terwijl het federale niveau bevoegd is om een maximumprijs of uniform tarief vast te leggen, blijft de functie van noodleverancier een gewestelijke bevoegdheid. 

Het Brussels en het Waals gewest gaan hier inderdaad ook anders mee om. Zo kan in Brussel een leverancier bij wanbetaling slechts heel uitzonderlijk de klant afsluiten, waardoor er geen gedropte klanten zijn. De klanten die afgesloten worden, krijgen automatisch recht op een regionaal toegepast sociaal tarief.

In Wallonië werd ervoor gekozen om via een “geregionaliseerde categorie van beschermde klanten sociaal tarief” de groep van niet-beschermde gedropte klanten het sociaal tarief toe te kennen. Bijgevolg krijgt een niet-beschermde gedropte klant in Wallonië het sociaal tarief toegekend door de DNB op voorwaarde dat de klant zijn betalingsproblemen kan aantonen.

Ik legde de problematiek voor aan minister Demir tijdens de commissie Energie van 20 april: zij beloofde alvast hierover in overleg te gaan met de sector. Dat levert hopelijk vruchtbare gesprekken op, zodat we snel stappen vooruit kunnen zetten.

Herbekijk op deze pagina het verslag van de commissie. 

Hoe strijdt Groen voor een lagere energiefactuur?