Groen verontrust over toename schoolschorsingen

13 Februari 2023

Groen verontrust over toename schoolschorsingen

'Dat steeds meer leerlingen op zo'n zware manier gestraft worden, is een zorgwekkende tendens omdat het in heel wat gevallen een hypotheek legt op de verdere schoolcarrière.'

In het schooljaar 2021-2022 werd er 26.117 keer een leerling tijdelijk of permanent geweerd van de secundaire of lagere school. Het gaat om bijna een verdubbeling in vergelijking met het jaar ervoor. Dat blijkt uit cijfers die Groen-parlementslid Elisabeth Meuleman opvroeg in het parlement. 'Tijdelijk of permanent uitgesloten worden van een school heeft een enorme impact, zeker bij erg jonge kinderen. Dat steeds meer leerlingen op zo'n zware manier gestraft worden, is een zorgwekkende tendens omdat het in heel wat gevallen een hypotheek legt op de verdere schoolcarrière,' klinkt het bezorgd bij Meuleman. Ze dringt aan op meer zorg en omkadering van leerlingen op school om situaties die dreigen te ontsporen te ontmijnen. 'Zorgleerkrachten kunnen een sleutelrol spelen, maar door het lerarentekort staan ze vandaag zelf vaak voltijds voor de klas. Leerlingen die het moeilijk hebben, zijn daar het grootste slachtoffer van.'

Steeds vaker worden leerlingen tijdelijk of permanent geweerd van school. De cijfers die sinds het schooljaar 2019-2020 bijgehouden door het departement Onderwijs lagen van het begin al hoog, maar ontspoorden het afgelopen schooljaar volledig. Het voorbije schooljaar werd er 22.601 keer een leerling tijdelijk geschorst van de secundaire of lagere school. Dat zijn bijna 10.000 tijdelijke schorsingen meer dan het jaar ervoor. Daarbovenop werd 3516 keer overgegaan tot definitieve uitsluiting, wat meer dan een verdubbeling is op één jaar tijd. Ook erg jonge kinderen worden steeds vaker definitief van school gestuurd: het voorbije schooljaar kreeg meer dan 100 keer een leerling uit de lagere school te horen dat die op zoek moest naar een andere school. In ongeveer de helft van de gevallen ging het om definitieve uitsluiting van erg jonge leerlingen uit het eerste, tweede of derde leerjaar.

'Elke schooldag krijgen bijna 4 leerlingen in het lager onderwijs te horen dat ze tijdelijk of permanent niet meer welkom zijn in de klas. In het secundair onderwijs gaat het zelfs om 130 schorsingen per dag. Een leerling uitsluiten van school is de laatste en zwaarste straf waar een school naar kan grijpen, met ontzettend grote impact voor een leerling. Het is verontrustend dat straffen zo toenemen', aldus Meuleman.

Dat de schorsingscijfers in coronajaren lager lagen, is niet abnormaal: wanneer scholen sowieso gesloten zijn wordt er automatisch minder geschorst. Maar 'dat in een gewoon schooljaar de schorsingscijfers richting de dertigduizend gaan, dat kunnen en mogen we niet normaal vinden', beklemtoont Meuleman. Dat het kinderrechtencommissariaat in haar jaarverslag bovendien waarschuwt dat schorsingen steeds vaker het antwoord zijn op het gedrag van leerlingen die het psychisch moeilijk hebben, verontrust het parlementslid erg. 'Kinderen die rebelleren omdat ze psychisch lijden, hebben zorg en hulp nodig. Een ingrijpende en destabiliserende ervaring als een schorsing helpt deze kinderen geen meter vooruit, in tegendeel.'

Snel ingrijpen
'Een leerling wordt niet van de ene op de andere dag geschorst. Vaak is een schorsing het gevolg van een situatie die geëscaleerd is en spelen er nog andere dingen, zoals psychologische moeilijkheden of een kwetsbare thuissituatie. Hoe sneller hulp geboden wordt bij kleine incidenten, hoe groter de kans dat ze ook weer snel opgelost zijn. Op die manier hoeft het niet tot een schorsing te komen. Maar daarvoor missen leerkrachtenteams vandaag de nodige ondersteuning', klaagt Meuleman aan.

De groene politica wijst onder meer op het belang van zorgleerkrachten in het lager onderwijs die dicht bij de leerlingen staan zodat ze vroeg signalen van veranderd gedrag of moeilijkheden kunnen oppikken. Door het lerarentekort staan zorgleerkrachten vandaag echter vaak zelf voor de klas en kunnen ze niet de steun bieden waar leerlingen nood aan hebben. Daarnaast is er nood aan een versterking van de CLB's en de eerstelijnszorg - voor zowel lager als secundair onderwijs - zodat hulpverlening in een vroeg stadium voor handen is.

En natuurlijk moet naar het totaalplaatje gekeken worden. 'Een warme thuissituatie, een gevulde brooddoos, een gemotiveerde leerkracht voor de klas, een vertrouwenspersoon wanneer het moeilijk gaat: al die dingen zijn mee voorwaarde voor een succesvolle schoolcarrière. Op heel wat vlakken laat minister Weyts het vandaag afweten en laat hij kinderen en ouders in de steek', besluit Meuleman.

Achtergrond: preventieve schorsing en tijdelijke of definitieve uitsluiting
Wanneer scholen overgaan tot schorsing, is er altijd eerst een preventieve schorsing. In dat geval wordt een leerling een aantal dagen - met een maximum van 10 opeenvolgende dagen in het secundair onderwijs en een maximum van 5 in het lager onderwijs - geweerd van school. Een preventieve schorsing zet altijd een tuchtprocedure in gang, waarna een extra straf kan volgen. Het gaat dan om een tijdelijke uitsluiting waarbij een leerling - ongeacht lagere of secundaire school - opnieuw geweerd voor een maximum van 15 dagen. De zwaarste stap bestaat uit een definitieve uitsluiting waarna de leerling op zoek moet naar een andere school.

Lees hier ons standpunt over onderwijs